Inmiddels loopt het Jubeljaar ten einde, en nog steeds is Paus Franciscus immens populair, tot grote vreugde van de souvenirverkopers op en rond het Sint-Pietersplein. Maar dat hij van eenvoud houdt, merken de winkeliers ook.

‘Fratelli e sorelle. Buonasera.” Maart 2013 verwarmden vier woorden tienduizenden kleumende gelovigen op een regenachtig Sint-Pietersplein. Inmiddels is paus Franciscus ongekend populair – en zijn soberheid vindt navolging.
Paus Johannes Paulus II blijft een evergreen, maar souvenirs met afbeeldingen van Benedictus XVI zijn zo goed als uit de schappen van de souvenirwinkels verdwenen. Het is vooral paus Franciscus die je vanaf elke kaartenmolen en elk rozenkransdoosje toelacht.

Sommige verkopers zijn blij met de Argentijnse paus. “Benedictus’ boeken verkopen nog wel,” zegt padre Giuliano, verkoper in de religieuze boekhandel Ancora. “Maar ze staan tegenwoordig achter in de winkel.” Op de toonbank liggen kalenders en een boek met de verzamelde preken van Franciscus. “Die lopen erg goed.”

De boekhandel, sinds 1960 gevestigd onder de linkerzuilengalerij van de Via della Conciliazione – de brede toegangsweg naar het Sint-Pietersplein – wordt vooral bezocht door pelgrims. En het worden er steeds meer. Volgens schattingen kwamen vorig jaar zo’n negen miljoen pelgrims naar Rome, een toename van 34 procent.

Er is sprake van een echt Franciscuseffect, aldus monseigneur Liberio Andreatta, directeur van de Opera Romana Pellegrinaggi (ORP) – de touroperator van het Vaticaan – in het Italiaanse weekblad Panorama. Andere pelgrimsoorden, Assisi voorop, vertonen ook zo’n groei.

Het Franciscuseffect is goed zichtbaar op de dag van de wekelijkse audiëntie. Het aantal gelovigen op het Sint-Pietersplein lijkt met de week toe te nemen.

“Maar dat is met iedere nieuwe paus zo,” zegt Alessandro, uitbater van Roma Eterna, een souvenirwinkel aan de rechterrand van het Sint-Pietersplein. “Ook net na de verkiezing van Benedictus was het druk.”

Zijn stoffige winkeltje staat stampvol gipsen heiligenbeelden en gouden medaillons met afbeeldingen van vooral padre Pio, een kapucijner pater, en Johannes Paulus II. Toch zijn het vooral koelkastmagneten en ansichtkaarten waarmee pelgrims de winkel verlaten. “Er zijn wel meer toeristen,” klaagt Alessandro, “maar ze geven weinig uit. Gemiddeld anderhalf of twee euro.”

Want ja, die soberheid. Franciscus woont niet in het Apostolisch Paleis, maar in een eenvoudige kamer in de residentie Santa Maria, draagt zijn eigen tas en kleedt zich in een simpel wit gewaad met een eenvoudig metalen kruis.

“Die man kost mij en mijn collega’s een hoop geld,” zegt Luciano Ghezzi, eigenaar van één de vele kerkelijke kledingwinkels in de Via dei Cestari, de P.C. Hooftstraat voor priesters in het centrum van Rome. De zeven etalages van Ghezzi tonen nog de mooiste priestergewaden in de fijnste stoffen, maar verkopen doen ze die niet meer. “Mijn klanten zijn bang geworden zich in dure kleding te laten zien. Ze kopen alleen nog maar goedkope rommel.”

Even verderop, in het kleine winkeltje van de familie Gammarelli, sinds een eeuw kleermakers van de paus, maakt een Japanse priester in gebroken Italiaans en met handen en voeten duidelijk wat hij wil. “Die,” zegt hij, wijzend op zwarte fluwelen knoopjes. “En stof, warm, maar niet voor winter.”

Behalve een soutane wordt hem ook een priesteroverhemd aangemeten. Op maat. Met vaardige vingers meet Lorenzo Gammarelli de afstand tussen de schouder en de knie, de lengte van de arm en de breedte van de schouders van de priester, die nu stokstijf midden in de winkel staat.

De rekening voor de priester loopt in de duizenden euro’s, maar toch bespeurt ook hij een tendens tot meer soberheid. “De metalen kruizen verkopen beter dan de gouden en geestelijken zijn geneigd niet meer de duurste stof te kiezen. Maar priesters houden er nog steeds van zich goed te kleden. We zullen zien of de trend doorzet.”

 

 

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *